Hier in de Korte Sint Janstraat woonde ooit smid en geweermaker Martinus Theodorus Jacobi (1862 – 1927). Zijn vader en grootvader waren ook wapensmeden, zij hebben het geweer gemaakt. Martinus hing rond 1900 het geweer als uithangbord aan zijn gevel. Een arm met een hand omklemt het geweer. Het is nu een houten replica. Het originele geweer is door de weduwe van Martinus geschonken aan de gemeente Zierikzee en is nu ondergebracht in het depot van het Stadhuismuseum. ...
Naast wapensmid was Martinus ook sergeant bij de dienstdoende schutterij van Zierikzee. De smederij is er niet meer.I n 2011 werd het uithangbord met geweer gerestaureerd in opdracht van Koninklijke Zeelandia die het gebouw in bezit heeft. Dit historische object past in de geest van de familie Doeleman, de stichters van dit bedrijf, om respectvol om te gaan met het Erfgoed van Zierikzee. De straat waar u staat dankt zijn naam aan de heilige Sint Jan. Er is een Korte- en Lange Sint Janstraat in Zierikzee. ‘Sint Jan’ verwijst naar een belangrijk kapittel in het Bisdom Utrecht, die veel invloed had in Zierikzee.
Het jachtgeweer met percussieslot heeft een enkele lange loop en een flexibele lichte laadstok of pompstok. De houten kolf van het origineel is versierd met een gesneden zwijnskop. Het geweer is verworven van de weduwe van Martinus Jacobi. De geschiedenis van de schutterij gaat terug naar de middeleeuwen. De stad werd verdedigd door de eigen inwoners. De daarvoor in aanmerking komende mannen werden ingedeeld bij de schutterijen, die bij gevaar ieder een deel van de stadsmuur bewaakten, inclusief de poorten. Ze hadden hun eigen onderkomen en oefenterreinen. In de 16e eeuw lag het oefenterrein aan de zuidzijde van de stad, binnen de stadsmuren. Op dat terrein is in 1617 de huidige Schuttershofstraat aangelegd.
Na de Franse tijd werden de schutterijen gecentraliseerd en in 1816 ging de Dienstdoende Schutterij van Zierikzee van start. De Dienstdoende Schutterijen van de steden in het land konden bij oorlogsdreiging snel gemobiliseerd worden. Alle mannen in Zierikzee kwamen voor de schutterij in aanmerking maar konden bezwaren indienen, die werden beoordeeld door een commissie die besliste over inlijving, uitstel of afstel. De schutterij moest oefenen om zich te bekwamen. Het oefenterrein werd buiten de stadsmuren aangewezen bij de Oosterscheldedijk in de Cauwersinlaag, ten zuidwesten van de stad, waar een schietbaan werd aangelegd.
In 1830 werd uit de gelederen van de opgeheven schutterij een apart muziekgezelschap opgericht, de nog steeds bestaande harmonie ‘Kunst en Eer’.